Grote parelmoervlinder - Argynnis aglaja   E: Dark Green Fritillary D: Großer Perlmutterfalter F: Le Grand Nacré

2019 Grote parelmoervlinder

De grote parelmoervlinder komt voor veel verschillende typen bloemrijke graslanden. Dit kunnen zowel droge kalk- en duingraslanden zijn, maar ook randen van moerassen. Vaak liggen ze naast of in bossen. De eitjes worden afgezet tegen de vaak al dorre bladstelen van viooltjes. Na het uitkomen beginnen de rupsen direct aan de overwintering en verstoppen zich in de strooisel laag. Pas in de volgende lente en voorzomer doen ze zich tegoed aan de verse groene viooltjes. Ze zijn redelijk mobiel en bezoeken verschillende waardplanten. De verpopping vindt plaats onder een graspolletje of in de moslaag. De grote parelmoervlinder vliegt in één generatie per jaar. In koudere klimaten zijn de zwarte vlekken op de vleugels vaak groter. Soms worden witte albino-vlinders gezien. Wijdverbreid en algemeen in heel Europa. Ontbreekt op de mediterrane eilanden behalve Sicilië. Vliegt van zeeniveau tot 2200m. 

 

Vliegtijd: juni, juli, augustus.

Status Europa: Soort is thans niet bedreigd in Europa.
Status Benelux: In Nederland bedreigd, verdwenen uit Vlaanderen sinds 1971, in Wallonië kwetsbaar.